Sommige mensen zijn zo hard bezig om geluk na te streven, dat ze er letterlijk doodongelukkig van worden. En dat is helemaal zo tegenstrijdig niet als het klinkt: het knelpunt zit hem erin als je je altijd gelukkig wil voelen. Want dan ga je pijn en onaangename situaties vermijden. En dat is erg schadelijk. Pijn, angst en verdriet horen bij het leven en alleen als die werkelijk een plek mogen hebben, kun je ze verwerken en kun je geluk en vreugde daadwerkelijk ervaren. Maar wat helpt dan wel om een fijn en mooi leven te krijgen? Om echt geluk te mogen voelen? De sleutel tot geluk bevat twee essentiele elementen: Voel wat je voelt. Maar ook: doe wat je moet doen. Hoe werkt het?
Eerst wat concrete voorbeelden van hoe het mis kan gaan: je houdt niet van kou, zet je verwarming altijd op de hoogste stand en gaat zo min mogelijk naar buiten. Wat gebeurt er? Je weerstand daalt, zowel lichamelijk als psychisch en binnen niet al te lange tijd ben je ziek. Lichamelijk of psychisch of allebei. Een ander voorbeeld: je wil niet gekwetst worden, maar je partner begrijpt je niet. Je bent teleurgesteld, voelt je afgewezen, dus maak je het uit en gaat voortaan zonder liefde door het leven. Een derde voorbeeld: je baas heeft vaak kritiek op je werk, wat je onzeker maakt. Daardoor vind je het niet meer fijn op je werk. Je besluit ontslag te nemen en zit zonder baan. Drie voorbeelden over drie belangrijke levensgebieden. Maar ik weet er nog meer hoor: stel je houdt niet van ruzie en er is binnen de familie onenigheid over. Daarom ga je niet meer naar je familie. Je vriendin heeft het erg druk met haar nieuwgeboren baby, ze wil maar zelden afspreken, je voelt je afgewezen en verbreekt het contact. Nu zit je zonder vriendin. Enzovoorts. Het plaatje is hoop ik wel duidelijk: als je alles wat onaangenaam is uit de weg gaat, ga je heel veel mooie dingen in het leven missen.
Succes, op welk gebied in het leven dan ook, heeft te maken met dagelijkse kleine gewoontes. De gewoontes die je bijschaaft en bewust in je leven invoert. Juist die gewoontes die op zichzelf weinig verschil lijken te maken. Deze gewoontes leiden op lange termijn tot een nieuw level, een nieuw niveau. Alsof deze gewoontes door een plafond gaan. Om op dat niveau te komen, om door het plafond te breken, is het belangrijk om lang genoeg vol te houden. Het succes wat mensen aan de buitenkant zien is het succes wanneer je door het plafond bent gebroken, maar niet het proces.
Volgens Ben Tiggelaar (zie helemaal onderaan voor de literatuurverwijzing en een omschrijving van zijn boek) zijn er drie redenen waarom veel veranderpogingen geheel of gedeeltelijk mislukken. De eerste reden is dat we te veel naar resultaten kijken en te weinig naar gedrag. Gedrag is de ontbrekende schakel tussen plannen en resultaten. De tweede reden is dat we vaak maar één kant van ons gedrag managen. Ons gedrag wordt niet alleen bepaald door onze bewuste voornemens, onze intenties, maar ook door allerlei prikkels uit de directe omgeving. Die prikkels roepen doorgaans allerlei automatische gewoontegedragingen op waarbij we ons zeker en plezierig voelen. Succesvol veranderen vereist dat we onze intenties managen én de situaties waarbinnen oude gewoontes overwonnen moeten worden. De derde reden is dat we ongeduldig zijn en ongestructureerd en ongefaseerd werken. De meeste verandermethodes houden te weinig rekening met de tijd die we nodig hebben om tot succesvolle ontmoetingen te komen.
Winnaars en verliezer hebben dezelfde doelstellingen. Iedereen die mee doet aan een wedstrijd wil natuurlijk winnen. Het doel is tijdelijk en bepaalt de richting die je opgaat, maar je komt alleen bij je doel als je je richt op het systeem. Je hebt je doel dus wel nodig, het telt zeker mee, maar een doel is waar je naar streeft. Het proces is wat je echt doet. Wanneer je gedrag vertoont wat niet overeenkomt met hoe jij gelooft dat je bent, zul je het gedrag niet volhouden. De onderliggende gedachte bij de keuzes die je maakt moet passen bij je nieuwe systeem en doelstellingen. Je hebt dus drie niveaus die samen moeten werken om het succes te bereiken. Je begint met een nieuwe gewoonte, omdat je een bepaald doel hebt met een bepaalde motivatie, maar je gaat het volhouden als het een deel van je identiteit wordt. Zowel bewust als onbewust ga je die dingen doen die voor jouw gevoel bij je identiteit horen.
James Last (zie literatuurlijst onderaan) sluit hier op aan: Je zult je gewoontes en identiteit bewust moeten veranderen en dan zorgen dat jouw identiteit en gewoontes bijdragen aan hoe jij uiteindelijk wil zijn en hoe je wil leven. Je gewoontes zijn namelijk je identiteit. Als jij elke dag je bed opmaakt en je afwas gelijk opruimt, dan vind je jezelf een georganiseerd persoon en dan ben je een georganiseerd persoon. Als jij elke dag verhalen schrijft dan vind je jezelf niet alleen een creatief persoon, dan ben je een creatief persoon. Als jij elke dag sport, dan je vind je jezelf niet alleen een sportief type, dan ben je ook een sportief type. Dus wat je doet beïnvloedt hoe je over jezelf denkt. Hoe je over jezelf denkt beïnvloedt wat je doet. Nou, dit kun je aan toeval overlaten, maar je kan ook bepalen wat voor persoon je wilt zijn en dat vervolgens aan jezelf bewijzen me allerlei kleine acties. Steeds datgene doen wat bij die persoon hoort. Echt letterlijk aan jezelf vragen: welk type persoon hoort bij het doel wat ik heb? Als jij een fijne relatie wilt hebben, denk dan ‘wat zou een liefdevol persoon kiezen?’. Het gaat om het grote geheel en hoe meer je dat kunt omarmen, hoe groter de kans dat je bereikt wat je uiteindelijk echt wilt bereiken.
Om jezelf te motiveren kun je allerlei technieken gebruiken. Daar is ook wel onderzoek naar gedaan. Bijvoorbeeld in 2001, in Engeland, waren 248 mensen verdeeld in drie groepen. De ene was de controle groep, de tweede was de motivatie groep en de derde was de planmatige groep. De eerste groep die hield bij hoe vaak ze trainde. Het ging dus om sporters. De tweede groep moest niet alleen bijhouden hoeveel ze trainden, dus hun workouts noteren, maar moesten ook materiaal lezen over de voordelen van sporten. De derde groep moest van te voren plannen waar en wanneer ze in de komende week ze hun oefeningen gingen doen. Het hele experiment duurde twee weken. Dus de eerste groep gewoon noteren. De tweede groep noteren en materiaal lezen. De derde groep kreeg hetzelfde materiaal te lezen over hoe belangrijk het doen van oefeningen voor je gezondheid was, maar moest ook een echt plan van aanpak maken. ‘’Komende week zal ik 20 minuten die oefening doen op die en die dag daar en daar’’. Nou, in de eerste en tweede groep hadden tussen de 35% en 38% van de mensen wekelijks getraind. Blijkbaar maakt het niet zoveel uit of je materiaal leest om jezelf te motiveren. Bij de derde groep had 91% minimaal 1 keer per week getraind. Het implementatieplan, het plan van aanpak, jouw voornemen waarbij je precies beschrijft waar en wanneer je een bepaalde gewoonte wil gaan doen, blijkt een hele belangrijke bijdrage te leveren aan het ontwikkelen van gewoontes. Als je dat kan koppelen aan een bepaalde situatie of aan een bepaald signaal dan wordt het heel krachtig.
Zelfdiscipline lijkt een kwestie van karakter, maar het blijkt keer op keer dat gedisciplineerde mensen alleen maar handiger zijn in het structureren van hun leven. Ja, doorzettingsvermogen, wilskracht, vasthoudendheid zijn allemaal kwaliteiten die bijdragen aan succes, maar dit bereik je niet door te willen dat je meer gedisciplineerd bent. Nee, dit bereik je door je omgeving zodanig te veranderen dat het makkelijk wordt om je aan je voornemens te houden. Aan veel slechte gewoontes liggen onderliggende motieven ter grondslag. Ze zijn onderliggend, dus een groot deel is daarvan onbewust. Dat zijn dingen die ons door de biologie ingegeven zijn, zoals voedsel en water verkrijgen. Energie besparen, liefde vinden en reproduceren en dus een gezin stichten. Verbinding krijgen met anderen. Sociaal geaccepteerd worden. Goedkeuring verkrijgen. Onzekerheid verminderen. Status en prestige verkrijgen. Er zijn er veel meer, maar dit zijn een aantal onderliggende behoeftes die kunnen leiden tot allerlei gewoontes zoals snacken, verslaafd zijn aan social media, roken, aan drank. Het heeft te maken met behoeftes die in principe eigenlijk prima zijn, maar die door het grote aanbod in onze huidige maatschappij als het ware doorslaan naar verslaving. Als jij zit te snacken komt het niet omdat je zo’n zin in die snack hebt. Nee, het komt omdat je een gevoel hebt, een verlangen. Een behoefte die gevoelens en emoties die vertellen ons dat er iets moet veranderen. En dan besluit je zonder dat je het echt bewust kiest waarschijnlijk om die chips te eten.
Op het moment dat jij die emotie kunt beïnvloeden heb je wel een bewuste keuze, kun je wel kiezen wat je doet. Die emotie lijkt misschien heel onhandig, maar die emotie is essentieel. Het is zelfs gebleken dat mensen die emoties niet kunnen interpreteren, geen beslissingen meer kunnen nemen. Dus je gevoelens en emoties, die geven jou de mogelijkheid om die beslissing te nemen. Pas daarna komt je ratio. Dat betekent dat je eigenlijk ook je hersenen kan programmeren om de gewoontes die je wil ontwikkelen omdat ze bijdragen aan het behalen van je doel, ook leuk te gaan vinden. Dat noemen we reframing. Daarbij gaat het om de manier waarop je tegen jezelf praat en dat bepaalt hoe je jezelf voelt. Dat bepaalt je volgende actie. Stel je voor, jij hebt een date en bereid je voor op de ontmoeting. Je vindt het spannend, misschien zelfs een beetje eng. Je bent in ieder geval nerveus, misschien ook wel onzeker. De dingen die je voelt, zoals hartkloppingen, misschien zweten of juist koud, je adrenaline die stijgt, al die dingen kun je reframen. Hoe anders wordt je beleving als je tegen jezelf zegt: “Oh, ik vind het zo spannend, ik ben me er zo op aan het verheugen, ik merk het helemaal aan mijn lichaam hoe ik er naar uitkijk”.
Is dat jezelf voor de gek houden? Nee, want de gevoelens die je observeert, dat zijn de feiten: hartkloppingen, zweet, kou voelen, adrenaline die stijgt. Maar die gevoelens heb je ook bij leuke dingen, bijvoorbeeld als je een achtbaan in gaat of op het punt staat het vliegtuig naar je vakantiebestemming in te stappen. Hoe je ze labelt is aan jou. Dezelfde gevoelens kan je negatief labelen of kan je positief labelen. Op het moment dat je ze negatief labelt haalt het je zelfvertrouwen omlaag en op het moment dat jij ze positief labelt kom je in actie. Op het moment dat je ze negatief labelt kan het je zelfs verlammen en als je het positief labelt kan het je helpen om dat te doen wat nodig is om je doel te bereiken. Dus hoe jij jouw emotionele reactie benoemt, heeft ontzettend veel effect op je gevoel en dus je actie en het uiteindelijke resultaat.
Pas wanneer je ergens naar verlangt, of als je ergens bang voor bent zul je in actie komen. Elke beslissing vereist een bepaalde mate van emotie. Emotie is wat je in beweging brengt. En vervolgens heb jij de keuze hoe je het labelt en welke vervolgactie je onderneemt. Onderdrukken werkt uiteindelijk negatief. Je bent vreselijk veel energie in het onderdrukken aan het stoppen, waardoor je eigenlijk heel veel bezig bent met iets negatiefs, met iets wat je niet verder brengt, met iets niet doen. Als je dat wil veranderen, dan zul je aan de verwachtingen moeten werken, want je verwachtingen bepalen hoe tevreden we met iets zijn. Het is eigenlijk het verschil tussen wat er gebeurt en wat we verwacht hadden, wat bepaald hoe tevreden we zullen zijn. Als jouw verwachtingen te hoog zijn, zul je altijd teleurgesteld zijn, zul je altijd gefrustreerd raken. Geluk is dus relatief. Falen heeft dus ook te maken met te hoge verwachtingen. Je gevoel komt dus eigenlijk zowel voordat je actie neemt als nadat je actie hebt genomen. Van tevoren bepaald je emotie/je gevoel of je gemotiveerd bent om in actie te komen. Je hebt behoefte ergens aan. Achteraf bepaalt je emotie en gevoel hoe tevreden je bent, afhankelijk van wat je verwacht had. Je kunt hoe je je voelt beïnvloeden op een verstandige manier, je kunt het inzetten. Je kunt het inzetten om jezelf in beweging te brengen en je kunt het inzetten om tevreden te zijn over wat je hebt bereikt ermee. Zelfmanagement is dus gedachtemanagement. Met je gedachten beïnvloed je jouw gevoel en beïnvloed je ook je resultaat uiteindelijk, want het bepaalt ook of je dingen volhoudt.
An Easy and Proven Way to Build Good Habits and Break Bad Ones. Uitgeverij Cornerstone, 2018.
People think when you want to change your life, you need to think big. But world-renowned habits expert James Clear has discovered another way. He knows that real change comes from the compound effect of hundreds of small decisions - doing two push-ups a day, waking up five minutes early, or holding a single short phone call. He calls them atomic habits. In this ground-breaking book, Clears reveals exactly how these minuscule changes can grow into such life-altering outcomes. He uncovers a handful of simple life hacks (the forgotten art of Habit Stacking, the unexpected power of the Two Minute Rule, or the trick to entering the Goldilocks Zone), and delves into cutting-edge psychology and neuroscience to explain why they matter.
Het managen van de lastigste persoon op aarde: jezelf. Uitgeverij Spectrum, 2018.
Waarom houden we de meeste veranderingen niet vol? Wat bepaalt 95% van je gedrag? Hoe ontwikkel je met succes nieuwe, effectieve gewoontes? Iedereen heeft dromen op het gebied van werk, relatie, gezondheid, persoonlijke ontwikkeling... Maar wat is er nodig om de stap van dromen, naar durven en – uiteindelijk – doen te zetten? Wat zijn de geheimen van échte, blijvende verandering? Dit boek is een echte aanrader !